In de kamer
van deze dag
hangt donker het gordijn.
hangt donker het gordijn.
Telkens
vlaagt het verleden
het even opzij.
het even opzij.
Door het
raam twee paden
in een oneindig vergezicht.
in een oneindig vergezicht.
Kies ik het
pad naar morgen,
of houdt iets mij daar vandaan?
of houdt iets mij daar vandaan?