zondag 19 december 2021

De ene mens is voor de ander een beslagen spiegel.

 

Zo’n dertig jaar geleden liep ik regelmatig in mijn uppie door het polderlandschap achter mijn huis. Dat beeld van een mens die graag buiten is, past al sinds mijn vroege jeugd bij mij; ik was en ben geen binnenmens. In die dagen kwam ik regelmatig mensen tegen die hun hond uitlieten. Een van hen verwoordde wat anderen van mij dachten: ’Is het niet wat voor jou om een hond te nemen, het lijkt mij eenzaam zo alleen?’ Hun innerlijk spiegelde hen een beeld voor van hoe ik mij zou kunnen voelen, aan de hand van een uiterlijk beeld. Mijn uiterlijk, gedrag en houding, verraadt dus iets van hoe of wie ik ben.

 

Nu dertig jaar later maak ik nog steeds mijn wandelingen langs de weilanden. Alleen, of met een bekende. Soms stop ik voor een praatje met een passant, of een dier op het land. Eenzaam voel ik mij nooit.

 

Tijdens die tochten kom ik regelmatig een jonge man tegen van naar ik denk Chinese afkomst, maar dat laatste terzijde. In eerste instantie liep hij op met, denk ik, zijn vader. Ik zei hen gedag en de vader knikte vriendelijk terug. Van de jonge man waren de lippen strak gespannen en lagen de kaken op elkaar geklemd. Het leek of hij mij niet zag, of wilde zien.

 

De laatste tijd loopt hij dus alleen en telkens groet ik hem. Op die momenten versnelt hij zijn pas, alsof hij bang voor mij is. Het geeft mij een onprettig gevoel, want wie wil dat iemand bang van hem is. Ik volhard echter in mijn groeten en kijk hem telkens met open blik in de ogen. Eigenlijk wil ik verbaal contact met hem; wie is die eenzame?

 

Ook in zijn innerlijk gaat het een en ander om want als hij mij van verre aan ziet komen, versnelt hij drastisch zijn pas en zwaait ter ondersteuning met zijn armen krachtig langs zijn lichaam. Heel soms als wij elkaar passeren meen ik dat hij mij toeknikt.

 

Wie is dat toch die jongere die ik op uiterlijk gedrag probeer te doorgronden? Is hij bang, boos, of autist, of misschien wel niets van dat alles?

 

Wie ben ik als ik in de spiegel kijk? Ben ik die man zoals anderen mij zien en denken te kennen? Ben ik wel die man zoals ik mijzelf zie? Is mijn buiten het buiten van mijn binnen? En die ander, wat denk ik van hem of haar te weten?

 

Zal het ooit tot een gesprek komen tussen hem en mij? Of lopen we beiden verder, ieder in zijn eigen universum?