Trots
tuft hij in zijn oude tweedehandsje, die hij van zijn karig loon gekocht heeft,
naar de Maasvlakte. Daar loopt hij stage bij een energiebedrijf. Op dat moment
maakt hij zich geen zorgen over de kosten die de auto met zich meebrengt. Het
loon van zijn stage en zijn studietoelage zijn toereikend om de wegenbelasting,
de verzekering en de benzinekosten te betalen. Totdat beëindiging van zijn
studietoelage en een defecte dynamo roet in het eten gooien. Nu zit hij op
zwart zaad. De uitkering van een schamel pensioen van zijn vader is debet aan
de stopzetting van zijn toelage. Ja, de belastingdienst weet de brave burger te
vinden.
Onlangs
las ik een interview dat gehouden was met een rijke zakenman. Aan hem werd de vraag
gesteld of het moreel juist was dat hij zijn geldelijk vermogen in Panama ondergebracht
had. Hij ontweek hiermee immers de Nederlandse belastingwet. De man maakte een
‘gespleten’ indruk. Als burger vond hij het moreel onjuist om op deze manier de
belasting te ontduiken, als zakenman werd hij er min of meer toe gedwongen. Had
hij niet in Panama aangeklopt, dan zou zijn vermogen slinken en zou hij zich
uit de markt prijzen. Bovendien was het legaal wat hij ondernomen had.
Nu
rijst bij mij de vraag: Zijn wij burgers niet allemaal kleine ondernemers? Wij
doen immers ‘zaken’ om maandelijks geld te innen en dat zo gunstig mogelijk te
beheren. Vanuit dat oogpunt gezien is het logisch dat wij ons geldelijk
vermogen veilig stellen. Geld naar Panama doorsluizen zal niet lukken, daar is ons
bedrag te klein voor. Maar de belasting ontduiken, daar waar mogelijk, is een
optie. Het is legaal en moreel juist, wij doen immers ook zaken. Of zou de
belastingdienst juist de kleine man
weten te vinden en die tot op het bot toe uitkleden?