het
binnenzitten moe
trotseert
de regen
Een
loodgrijze lucht hangt al minuten lang boven het polderlandschap. Zo nu en dan
voel ik fijne regen op mijn wangen. Het waait nauwelijks. In de verte draaft
een paard achter een aantal dikbilkalfjes aan. Omdat er zich in diezelfde wei
ook een fikse stier bevindt vrees ik het ergste voor het paard. De stier heeft
het echter te druk met een tochtige koe. Als ik tegen een hek aanleun en het
spel van het paard gade sla, worden ook de andere paarden in de wei
aangestoken. Ik geniet van de rodeoachtige beelden. Intussen hangt de bui pal
boven mij en in de verte jagen vlagen regen over het land. De kerktoren van
Zuidland is niet meer te zien. Ik loop verder en negeer de twee donderslagen en
de fijne regen die intussen is overgegaan in dikke druppels. Ik tel de
houtsingels en boerderijen op mijn pad waar ik eventueel kan schuilen voor
onweer en regen. Het blijkt niet nodig. De bui waait in de lucht uiteen.
zomerregen
tegen
de donkere lucht
schittert
licht een meeuw