Tussen het weelderig gebladerte
staan sneeuwwit de kaarsen
fier rechtop.
staan sneeuwwit de kaarsen
fier rechtop.
Soms werpt het diepgroene loof
teder zijn schaduw over het
bemoste pad.
teder zijn schaduw over het
bemoste pad.
Dit laantje, lommerrijk en bij toeval
verkwikkend fris, door de zon
helder beschenen.
Vanuit het lover klinkt melancholiek,
met de warmte van vroeger
een herinnering.
verkwikkend fris, door de zon
helder beschenen.
Vanuit het lover klinkt melancholiek,
met de warmte van vroeger
een herinnering.