‘Bah, wat heb
jij een slecht humeur’, zegt hij tegen haar.
Sibille
stopt met schrijven en draait zich bozig om.
‘Ja, het wil
weer eens niet lukken. Ik kan geen goede openingszin vinden voor mijn nieuwe blog’.
Nog
net kan zij zich inhouden om met haar cursor op het kruisje te klikken en heel
haar werk ongedaan te maken.
‘Ik heb ook
helemaal geen zin meer. ’t Is al dagen pet. Niets lukt. Zelfs een leuk onderwerp
vinden niet’.
‘Misschien is het beter om even te stoppen. Wachten tot een onderwerp de kop op
steekt. En dan ineens is daar de zin en de zin’, zegt Harry glimlachend.
Die
glimlach doet het hem. Sibille glimlacht terug, neemt haar bril af, strijkt
over haar gezicht en vouwt haar blonde krullen naar achteren. Even schudt ze
haar hoofd en kijkt met de bril weer op haar neus zinvol naar Harry.
‘Kom op, dan
gaan we een eindje wandelen. Mijn hoofd leeg laten waaien en even samen zijn’.
De
zon prikt net door de wolken. Van dreigende regen is geen sprake meer. Wind
waait straten droog, streelt door haren en prikkelt zachtjes de huid. Misschien
is het wel goed dat ik Harry vraag wat hem zoal bezighoudt de laatste tijd, denkt
Sibille. Ze vraagt het hem. Een goed en fijn
gesprek volgt. Bijna thuis loopt een poes hen tegemoet. Met geluidjes lokt ze
hem. Zachtjes streelt hij zijn kop tegen haar benen. Ze aait hem over de kop,
recht haar rug en zegt hem gedag. Beiden gaan hun eigen weg. Harry en Sibille
doen later hetzelfde. Naderhand heeft ze
twee zinnen. Eigenlijk drie. Twee schrijft ze op en vraagt Harry welke hij
mooier vindt.
Lente, het
peloton barst los en witte benen stampen op de pedalen, de Muur op.
Hij wil
revanche maar, een steenpuist op zijn zitvlak verhindert dat voorjaar een
revanche.
Lachend
maakt hij een keuze. ‘Zie je wel. Als je maar even afstand neemt. Dan komen de
zinnen vanzelf’.
Met zin in dubbele betekenis gaat Sibille weer aan het werk. Even het schrijven loslaten was een groot succes.