Waar een ander aan voorbijloopt, sta ik zo nu en dan stil. Waar
komt de naam Appelscha vandaan? De naam deel ik op. Appel-scha. Appel-schade.
Mmm, dat zou meer op van in de Betuwe van toepassing kunnen zijn en daar ben ik
niet op vakantie. In het Fries ligt de oorsprong deels vast in sche. Dus
Appelsche. Maar die appels dan … Denken, speuren, combineren. En dan ineens, Apollo.
De god van orde, regelmaat en verzen. Bovendien van de jacht en waar doe je
dat? Juist in en rond het bos. Apollobos, dat moet het zijn. En daar ligt het
plaatsje, in het Drents Friese Woud!
José en ik zijn daar op vakantie in een oud schoolgebouw. De entreehal
ligt langs de schoollokalen. Die zijn minimaal verbouwd met tussenwanden, zodat
er een appartement in een haast oorspronkelijke staat is ontstaan. Schoolattributen
uit die tijd zoals het Aap-Noot-Mies en landkaarten sieren de wanden. Achter in
de tuin ligt een prieel, een cirkelvormige yogaruimte in het gras en een vijver.
Als ik daar lezend doorheen kuier, snuffelt de kat of de hond zo af en toe aan
mij nog niet door de zon gebruinde benen.
Rondom ons verblijf liggen de bossen die zelfs Apollo in
trance brengt. Ik ben hem in ieder geval niet tegen gekomen. Omdat ik daar
eerder ben geweest, herken ik het een en ander. Zoals die dag op de fiets. Wij rijden
naar het Fochteloërveen. Wat een naam. Waar komt die vandaan? Nou, laat maar
gaan hoor. ’tis goe zo’. In een vogelkijkhut zien wij boerenzwaluwen die tegen
de dakspanten hun nest hebben gebouwd en de honger van hun jongen stillen.
Om het verhaal compleet te maken brengen wij een bezoek aan
Frank en zijn lief. Zij wonen niet apart-samen, maar samen-apart in een
verbouwde boerderij. Net als ik houdt hij van literatuur en kunst. Ooit gaf ik
op- en aanmerkingen bij het schrijven van zijn boek In een Dubbele Spiegel.
Zo’n kort en intens bezoek is eigenlijk een prima afsluiting van onze vakantie.
Nou vooruit nog een lekker hapje in Appelscha.