Het trapgat witten stond niet op
het programma vandaag, echter een grijs gordijn van druilige regen dat boven
Voorne Putten hangt, verandert mijn kijk op de dag. Vol ijver ga ik op zoek
naar gereedschap om de vijf trapleuningen te demonteren, dat werkt makkelijker.
Als dat achter de rug is, zet ik de schildersattributen klaar. Die plaatsen
waar geen witsel op mag spatten, dek ik af met kranten en een oud laken. Ik kan
van start.
Eigenlijk houd ik niet van
klussen, ondanks het feit dat een leerkracht mij ooit aanraadde om naar de
schilders mts te gaan. Het heeft veel te maken met mijn vermogen tot langdurige
concentratie, dat laag is. Op advies van mijn moeder pak ik een dergelijke klus
dan ook op in etappes van twee á drie uur per dag. Ben ik eigenwijs en ga ik
toch door met een dergelijke klus, dan ga ik fouten maken. Niet doen dus. Met
aandacht hanteer ik de kwast en strijk in banen over de wanden, tot het moment
dat mijn emmer leeg is.
Op de fiets rijd ik naar een
doe-het-zelf-zaak en koop een enorme emmer van tien kilo, die ik onder de
snelbinders klem. Ik wrik hem heen en weer ter controle, hij staat stabiel. Als
een atleet probeer ik in een soepele beweging mijn been over de emmer en het
zadel te zwaaien, wat maar nauwelijks lukt. Een lichte krampscheut teistert
mijn hamstring. De rit naar huis verloopt voorspoedig. Oneffenheden in het
wegdek krijgen geen vat op de emmer, die ik voor de zekerheid vasthoud. Thuis
als ik van mijn fiets afstap, schiet er opnieuw kramp in mijn been. Dit keer ben
ik minder fortuinlijk. Tergend langzaam kantelt mijn fiets. De snelbinders zijn
niet op dergelijke capriolen berekend en met een zachte plof, valt de emmer op
de grond en barst open. Als bevroren kijk ik naar de inhoud die als dikke pap
over de tegels stroomt. Tegen beter weten in, probeer ik te redden wat er te
redden valt. Tevergeefs.
Met liters lauw water, een bezem
en afwasborstel ga ik de drab te lijf. Een dik uur later is de klus geklaard.
Moe maar niet voldaan kauw ik later op een boterham en drink mijn
teleurstelling met lauwe thee weg.
Een dag later kijk ik met
tevreden blik naar mijn straatje dat er nog nooit zo keurig geboend en stralend
heeft bijgelegen.