Op een
parkeerplaats aan de Noordendijk te Dordrecht google ik op mijn mobieltje Villa
Augustus. Ondanks dat ik de route naar het gebouw in mijn hoofd heb geprint ben
ik bang dat ik verkeerd rijd. Juist op dat moment appt Leon mij, met hem heb ik
afgesproken, hij is zojuist gearriveerd. Ook ik blijk mij dichterbij de plaats
van bestemming te bevinden dan ik dacht. Na een hartelijke begroeting zoeken
wij een plekje in het restaurant, bestellen een grote pot thee en wisselen
boeken en wetenswaardigheden uit. Wij beiden lijken blij met het aangereikte
leesvoer. Leon met Oosterlings Waar geen
wil is, is een weg en ik met Gabriels Waarom
De Wereld niet bestaat.
Tijdens een wandeling naar het
oude centrum van de stad lopen wij door Het Hof van de Augustijnenkerk en staan
stil bij een gedicht geschreven door een negenjarig kind. De speelsheid van het
gedicht doet niets af aan de diepere laag van de poëzie.
Nadat wij een galerie in de
Voorstraat hebben bezocht is het tijd voor een lunch. Wij kiezen voor Daantje,
een veganistisch restaurant. Tijdens de maaltijd leggen wij elkaar onder de
filosofische meetlat, wij nemen elkaar de maat. Dit is niet altijd even
makkelijk, maar uiteindelijk komen wij er sterker uit. Voldaan in de brede betekenis
van het woord strekken wij dan ook onze benen richting het Dordrechts museum
dat wij, dit blijkt achteraf, vereren met een bliksembezoek. Een schilderij van
Fernhout trekt mijn aandacht.
De zee
Soms vriendelijk blauw,
soms woedend groen,
schuimbekt wit haar golven.
soms woedend groen,
schuimbekt wit haar golven.
De zee
Een visioen
vol kleur en beweging
Een visioen
vol kleur en beweging
De zee
tekent een mui in nat zand,
zout water stroomt als in glooiend akkerland,
tekent een mui in nat zand,
zout water stroomt als in glooiend akkerland,
terug
naar zee
naar zee
Op de weg terug naar huis houd ik
mij al vast bezig met de vraag, waarom de wereld niet bestaat.