zaterdag 12 april 2014

huwelijksaanzoek



De hemel is overwegend blauw als ik naar de lucht tuur. Niets wijst op een plaatselijke regenbui die de weerman gisteravond voorspelde. Een kwartier later schuift er echter een leigrijze lucht als een deken over het eiland. Als de zon eenmaal verdwenen is valt het allemaal reuze mee en begin ik aan mijn tocht langs de Holle Mare. De bruine kiekendieven die hier al jaren broeden, laten zich nog niet zien. Ik moet het vooralsnog doen met een baltsende rietzanger, die zich even laat zien en daarna zijn zang onzichtbaar vanuit het riet voortzet. Bij een oude dam houd ik halt en tuur over het riet naar jonge essen. Op een dunne tak balanceert met schijnbaar gemak een bruine kiekendief. Door mijn telescoop kan ik hem in detail bestuderen. Het blijkt een mannetje. Als hij op de wieken gaat kuier ik langzaam verder. Intussen is de grijze lucht verdwenen en schijnt de zon uitbundig. Vanuit een elzenbosje vliegt een merelman op. Althans dat lijkt het. Het is maar goed dat ik hem volg, want op zijn borst is een lichte vlek zichtbaar. Een beflijster. Heel de Holle Mare is te overzien vanaf het punt waar ik sta. De bruine kiekendief heeft gezelschap gekregen van een tweede mannetje. Het wachten is nu op een vrouwtje. Binnenkort  ga ik terug en wie weet, ben ik dan getuige van een spectaculaire balts met als hoogtepunt een prooioverdracht. 


prooioverdracht
het ‘huwelijk’ bezegeld
wachten op het grut

donderdag 10 april 2014



De deur van het museum blijkt gesloten. “ Ze zijn vast de zomertijd vergeten”, zegt Niels. Ik probeer het nog een keer. Dit keer gaat het makkelijker en we vallen haast met de deur in huis. De man die opende ziet ons met grote ogen aan. Op een bovenverdieping kijken wij verbaasd naar elkaar. In een gang staat een vergeten eigentijdse stofzuiger. Eigenlijk had ik voor de leut het apparaat ter hand moeten nemen en een demonstratie van degelijke kuisheid moeten geven, bedenk ik mij nu. Na een uurtje ronddwalen krijgen we trek in koffie. Een oude dame in een alles verhullende broek schenkt ons nog oudere koffie in, die bovendien lauw blijkt te zijn. Nog nooit hebben we een bakkie zo snel door onze kelen laten glijden. Met een elektronische gasaansteker schuift de vrouw later behendig waxinelichtjes over de tafels naar zich toe. Laat er licht zijn, denkt ze. En daar is licht. Overal branden de waxinelichtjes om ons heen. Gezellie. Zuchtend, kijken wij elkaar aan en vervolgen onze tocht door het museum. 

gezellig leuten
koffie staat al uren klaar
ouderwets fijn

dinsdag 8 april 2014

Zondagochtendblues



“En jij hebt op de paden gelopen”, zegt zij cynisch terwijl zij de schoen demonstratief aan mij laat zien.

onder mijn schoenzool
kleeft groen rundergerief- nog
loeit een Hooglander

De besmeurde deurmat, ik veeg altijd netjes mijn voeten bij het betreden van mijn woning, zal ik later op de dag kuisen.

zondag 6 april 2014

Daadkracht



Ooit leerde ik tijdens een les Duits een prachtige volzin. Ik beheerste het Duits slecht. De zin ben ik echter niet vergeten en luidt als volgt: Dort wo Rhein, Maas und Schelde zusammen fließen liegt  einer der kleinsten europaīscher Staaten: die Niederlande. Een land waar ogenschijnlijk weinig gebeurt, maar waar op onverwachte plekken het onvoorstelbare plaats vindt.


Op het volkstuinencomplex ligt een braakliggend perceel. De eigenaar daarvan is ernstig ziek en kan geen zorg meer voor zijn tuin dragen, zo vertelt een vrouw. Samen met anderen onderhoudt ze de tuin. Een grote daad. Pal daarnaast ligt eveneens een tuin die overwoekerd is met onkruid bovendien is het tuinhuisje in staat van ontbinding. De geschiedenis van deze tuin is van een geheel andere aard. De eigenaar had op een avond, samen met zijn lief, snode erotische plannen - wurgseks. Nadat hij haar enkele minuten de adem had ontnomen, gaf de vrouw geen teken van leven meer. Kort daarop was op het anders zo rustige complex een drukte van belang. Politie, ambulance en later een forensisch team reden af en aan over de smalle paden. De man is later ingesloten. Het lot van de vrouw is mij onbekend.



Stiekem denk ik ook wel eens aan wurgseks. Ik stel mij dan een nare vrouw voor die ik tijdens het voorspel wurg. Aan de grote daad hoef ik dan niet meer te beginnen, ik ben tenslotte geen necrofiel.

Gelukkig zijn het maar gedachten.