De hemel is overwegend blauw als
ik naar de lucht tuur. Niets wijst op een plaatselijke regenbui die de weerman
gisteravond voorspelde. Een kwartier later schuift er echter een leigrijze
lucht als een deken over het eiland. Als de zon eenmaal verdwenen is valt het
allemaal reuze mee en begin ik aan mijn tocht langs de Holle Mare. De bruine
kiekendieven die hier al jaren broeden, laten zich nog niet zien. Ik moet het
vooralsnog doen met een baltsende rietzanger, die zich even laat zien en daarna
zijn zang onzichtbaar vanuit het riet voortzet. Bij een oude dam houd ik halt
en tuur over het riet naar jonge essen. Op een dunne tak balanceert met
schijnbaar gemak een bruine kiekendief. Door mijn telescoop kan ik hem in detail
bestuderen. Het blijkt een mannetje. Als hij op de wieken gaat kuier ik
langzaam verder. Intussen is de grijze lucht verdwenen en schijnt de zon
uitbundig. Vanuit een elzenbosje vliegt een merelman op. Althans dat lijkt het.
Het is maar goed dat ik hem volg, want op zijn borst is een lichte vlek
zichtbaar. Een beflijster. Heel de Holle Mare is te overzien vanaf het punt
waar ik sta. De bruine kiekendief heeft gezelschap gekregen van een tweede
mannetje. Het wachten is nu op een vrouwtje. Binnenkort ga ik terug en wie weet, ben ik dan getuige van
een spectaculaire balts met als hoogtepunt een prooioverdracht.
prooioverdracht
het ‘huwelijk’ bezegeld
wachten op het grut
het ‘huwelijk’ bezegeld
wachten op het grut