Hongerig strijkt de nog jonge
sperwer in de wilgenstruik. Zijn grote gele
klauwen slaat hij om een tak. Voorzichtig hipt hij op zijn iele poten opzij. Ziezo,
denkt hij, nu zit ik enig zins uit het zicht. Bovendien contrasteren de ontluikende
wilgenkatjes met het wit in mijn verenkleed. Als een man hem toch ontdekt buigt
hij zijn kop omlaag. De man wenkt zijn maatje en fluistert: “Sperwer. Hij is
vast niet ‘goed’ zo gebogen als hij zit”. Kalm lopen de mannen om hem heen en
bekijken hem van alle kanten, terwijl een merel alarmeert. Dan helt de vogel
voorover en zet zich af op de tak. Als een schoonspringer duikt hij omlaag. Onhoorbaar land hij tussen de struiken. De
merel is stil. Eén man waagt zich nog tussen het struweel, maar geeft zijn
zoektocht op als dikke bramenloten hem de weg versperren. Op dat moment vliegt
de sperwer op en verdwijnt zonder prooi tussen de huizen van een naastgelegen
woonwijk.
De foto is van Peter Ganzenboom. Klik voor fraaie vogelfoto's op http://peterdestadsvogelaar.blogspot.nl/
prachtige observatie, leuk beschreven!
BeantwoordenVerwijderenDankjewel Ria, Het observeren gaat vaak als vanzelf. Tijdens het schrijfproces is het herbeleven.Dan de tekst later nog eens herlezen - akl met al een fijne hobby!
BeantwoordenVerwijderen