Als José het eten bereidt, ga ik nog een stukje wandelen. Op de terugweg kruist
een jongetje van vijf á zes jaar mijn pad, waarop gekrijt is. Ik zeg hem gedag.
‘Dag meneer. Heeft u
mijn tekeningen al gezien?’
‘Jawel en ik vind ze erg mooi. Wat stellen ze voor?’
Hij vertelt mij dat hij ze afgekeken heeft van populaire t.v. programma’s. Ik ken ze niet.
‘Ik wil wat meer kleur in de wereld brengen. Alles is zo grauw.’
Verbaasd over het aparte antwoord vraag ik wat hij bedoelt.
‘Kijk maar naar de brug, waar ik net overheen liep. Die is alleen maar bruin en
grijs.’
‘Ja, maar de polder is groen, de lucht is blauw en de zon geel. Kleur genoeg
toch? Waar zit jij op school?’
‘Op de Samenlevingsschool De wereldreiziger, meneer.’
Aha vandaar jouw bijzondere antwoord op mijn vraag, bedenk ik mij.We praten nog
even verder, dan begint hij te dralen. Hij wil naar huis. Ik groet hem en wens
hem een fijne avond toe. Als kindervriend geniet ik van dergelijke
ontmoetingen. Vaak prikkelen we elkaar en naast plezier geven ze soms een
boodschap mee
Geen opmerkingen:
Een reactie posten