Woensdag drie oktober
tweeduizendtwaalf is een natte en grauwe dag. De gehele middag
regent het gestaag. Als ik moe van het werk in de tuin, thuis een
douche heb genomen en de inwendige mens heb versterkt, neem ik
plaats achter de computer. Nog steeds is de lucht grauw en sijpelt
regen over het dakraam. Ik open de mailbox en zie op het scherm van
mijn computer een berichtje met het onderwerp René. Met schrik lees
ik de eerste regel. René heeft een einde aan zijn leven gemaakt. Ik
heb René een aantal keren mogen ontmoeten en die keren viel het mij
op dat hij naast een filosofische kant ook een vrolijke kant had.
Misschien was het daarom wel dat het klikte tussen ons. Maar poëzie
hadden wij het meest gemeen. In de nazomer van 2010 is een aantal
haikudichters een dagje bij hem op bezoek geweest. Die dag zal ik
niet gauw vergeten. Vooral niet de zorg die hij had besteed om ons
het zo aangenaam mogelijk te maken. Vele haiku werden die morgen
besproken. Tijdens een copieuze lunch met als toetje een compote van
kweeperen, voor mij een nieuwe smaakervaring, werden ook
persoonlijke getinte gesprekken gevoerd. Op de een of andere manier
waren we allen vrienden. Uitbuiken deden we buiten tijdens een
kleine wandeling door zijn fraaie tuin, die hij samen met zijn
partner Cor onderhield. Na het bezoek aan de tuin namen we in de
loop van de middag een voor een afscheid van René en reden we
tevreden naar huis.
In die tijd mailden
René en ik elkaar regelmatig. We stuurden elkaar dan gedichten met
een kwinkslag, want humor is de jus op het bestaan vonden wij. Als
ik in de buurt van zijn woning was, keek ik altijd naar de vlag die
in zijn tuin wapperde. Mocht de vlag mij onbekend zijn, dan mailde
ik hem. Zo hadden we weer even contact. De laatste vlag die ik in
top zag hangen had betrekking op de opening van het mosselseizoen.
In een gesprek met René, vlak voor de verbouwing van zijn huis,
vernam ik van hem dat hij ziek was. Die ziekte was debet aan
melancholie. Nu, in oktober 2012 kon hij blijkbaar niet meer verder
leven.
René als je meeleest
met mijn gedachten, weet dan dat ik die keren dat ik je ontmoette
als fijn heb ervaren. Altijd zal ik aan je denken, dat beloof ik,
als ik een vlag in jouw tuin aan de Oostdijk zie wapperen. Ik hoop
dat Cor die traditie in ere wil houden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten