Afgelopen donderdag wilde ik even mijn hoofd leegmaken. Ik koos daarvoor de kasteelgaarde van het Zuid-Hollandse plaatsje Rhoon. In mijn jeugd kwam ik daar regelmatig als ik een rondje op de fiets door de streek maakte. Ik had mijzelf al een beeld geschetst van hoe het daar zou zijn en het plaatje klopte. Alleen die vermaledijde snelweg op de achtergrond met zijn monotone lawaai maakte de ruis in mijn hoofd alleen maar erger. Binnen no time was ik daar verdwenen. Later vond ik mij terug in de Rhoonse grienden. Daar had men het plan opgevat om wilgen te gaan knotten. Hordes Polen liepen daar verdwaasd rond met ronkende kettingzagen. Ik besloot dit keer vol te houden en negeerde het lawaai. Via een slinger door het griend belandde ik in het Klein Profijt. Daar kwam ik hem tegen, de oude knar van 80 jaar. Op klompen, geitenwollensokken, een vette kaki overall en grijze baard. Elke morgen is hij daar, werkend in het griend. Nu hield hij pauze, at een appel en dronk lauwe thee uit een fles die omwikkeld was met oude kranten. We keuvelden wat over 'het vak' en de mooie kanten van het leven, al had hij zijn langste tijd gehad. Nog nagenietend van zijn woorden liep ik naar mijn auto. De Polen hielden pauze, mijn hoofd was stil.
Hallo Tino,ik heb vandaag je stukje gelezen. Daar waar jij bent geweest, ben ik ook wel eens geweest. Je kan daar lekker wandelen in alle rust.
BeantwoordenVerwijderen