vrijdag 25 mei 2018

Op de macht


Al direct bij het vertrek loopt de weg vals omhoog. Tijd om op te warmen is er dus niet bij. Middenin het centrum van Epen sla ik linksaf richting Eperheide. Hier begint het serieuze klimwerk. Al na de eerste bocht schiet mijn hartslag omhoog en is er van rustig ademhalen geen sprake meer. Toch vind ik een prettig tempo en rij langzaam naar de fietser voor mij. Bij het voorbijgaan glimlach ik naar hem, kijk vervolgens achterom en zie dat hij niet kan volgen. De kerel is een stuk jonger dan ik en dat geeft mij moraal.

Bij Eperheide sla ik rechtsaf en rij over een plateau met schitterend uitzicht. Ik neem even wat gas terug, om van het panorama te genieten. Niet veel later volgt een lange afdaling richting Gulpen. De renner die ik op de klim achter mij liet, zoeft mij voorbij. ‘Tot op de volgende klim’, roept hij mij toe. Afdalen is moeilijk. Op sommige stukken rijd ik harder dan 60km in het uur. Bovendien ken ik de situatie ter plekke niet goed. Om het gevaar in te perken knijp ik zo nu en dan zachtjes in mijn remmen.

Beneden bij Partij wijst een bordje naar de Gulpenerberg. Ik volg de route en even verderop ligt de puist voor mij: 700 meter lang met een gemiddeld stijgingspercentage van 11%. Tergend langzaam kruip ik naar boven, telkens een tandje terugschakelend. Als dat niet meer gaat, ga ik uit het zadel. Ik trek zo hard aan mijn stuur, dat het lijkt alsof het voorwiel loskomt van het asfalt.

Voor mij zigzagt een renner van links naar rechts om het stijgingspercentage minder te laten zijn. Ik kopieer zijn bewegingen. Maar dan, vijftig meter voor de top is de man met de hamer daar. Om te voorkomen dat hij mij tegen het asfalt slaat stap ik af en leg het laatste stukje lopend af. Boven hang ik uitgeteld over de stang van mijn fiets tot ik weer op adem ben.

Ik stap op en daal af richting Valkenburg. Daar wacht de Cauberg. Zo mythisch als hij is, zo relatief makkelijk is hij om te beklimmen. Een voor een haal ik renners voor mij in en sluit aan bij een klein groepje voor mij. Alleen net onder de top ga ik op de pedalen staan, daarna is het tijd om te recupereren en af te dalen via de Sibbegrubbe.   Via Mechelen rijd ik naar Epen en daar zit de rit erop. Een deel van de heuvelzone van ‘De Amstel’, is volbracht.

woensdag 23 mei 2018

Maastricht voor even Duckstad


Op de paden van het stadspark rennen joggers in hippe outfit. Rood-witte linten en verkeersregelaars in fluorescerend geel verhinderen dat wandelaars zonder op te letten het parcours opgaan. Over de Wilhelminabrug marcheert een harmonieorkest. Bij vlagen is hoorbaar wat zij spelen. Zodra het kan, piepen José en ik onder een lint door en wandelen via de graanmarkt het oude centrum in.

Omdat er zo nu en dan nattigheid uit de lucht valt en het nog vroeg en kil is, zijn er maar weinig mensen op straat. Pas als de plaatselijke horeca en middenstand hun deuren openen wordt het drukker. Op sommige plekken komen mensen samen. Wachten zij de regen af, of is er iets anders aan de hand? Bij het Keizer Karelplein krijgen wij antwoord op deze vraag.

Het plein is overvol met muzikanten, nonnen en monniken. Verder zijn er enkele vaandels en baren waarop heiligbeelden staan. In de straatjes die aansluiten op het plein wachten drumbands en fanfareorkesten tot zij het publiek mogen vermaken. Vandaag is het de viering van St. Servaas. Straks zal er na de kerkdienst een processie door de stad trekken. Helaas is de regen spelbreker en wordt de tocht afgelast. Maar de orkesten mogen alsnog hun kunsten vertonen en een voor een marcheren zij onder applaus richting binnenstad.


De enigszins teleurgestelde toeschouwers zoeken hun heil dan maar in de St. Servaas en ook wij lopen mee naar binnen. De kathedraal is bomvol en voor het koor vinden wij een plekje. Uit de luidsprekers klinkt het laatste deel van een preek; ‘Zie niet om in wrok of haat, maar zie de toekomst in liefde en mededogen’. Daarna zet het koor in. Naast mij staat een vrouw. In haar handen houdt zij een partituur, waarop zij zo nu en dan haar blik werpt. Loepzuiver en ontroerend mooi is haar stem. Na afloop als de geestelijken, de handen devoot gevouwen en onder gezang de kerk zijn uitgelopen, wandelen wij onder indruk van het schouwspel de binnenstad in.

Bij de ingang van het Jekerpark hangt een groot geel spandoek waarop in zwart de woorden: Q-Music Duckrace. Nieuwsgierig lopen wij onder het dundoek door en volgen de Jeker stroomopwaarts. Langs koek en zopie, draaimolens en promotieteams. Uiteindelijk komen wij bij een podium waarop een band Nederlandstalige liedjes speelt. Hier is de waterloop afgedamd met een groot houten schot. Aan de linker- en rechterzijde daarvan drijven twee brandweermannen in duikerspak. Bij het podium staat een pilaar met rode knop. Niemand minder dan een dit keer in vale spijkerbroek geklede André Rieu, zal hier straks een mep opgeven.

Maar eerst een toespraak van de burgemeester. Dan is het zover, André heft zijn vuist, slaat mis en struikelt half. Hij probeert houvast te vinden bij de zuil die omkukelt en nog net niet in het water valt. Grote hilariteit natuurlijk. Als de zuil rechtop is gezet, waagt André een tweede poging. Nu lukt het wel. Een sirene loeit en de twee brandweerlieden trekken het schot weg. Vanaf een aflopend platvorm glijden honderden gele plastic eendjes het water in en drijven stroomafwaarts naar de finish. Wie mag zich de snelste eend van Maastricht noemen?
     

 

        

zondag 20 mei 2018

Epen

Het wordt wel het mooiste plekje van Nederland genoemd, het stukje Geuldal net ten oosten van Epen bij de Terpoorterweg. Nu is elke kwalificatie over mooi en goed gekleurd, maar hier lijkt het te kloppen. Vanaf het terras van ons appartement hebben wij uitzicht over een kruidenrijk veld waarop de boterbloem uitbundig bloeit. Daarachter slingeren graspaden langs de Geul, naar Camerig, Vijlen en Vaals. Langs de Geul ligt even verderop verscholen tussen het groen de Volmolen, een oude watermolen. De binnenplaats van de ernaast gelegen bebouwing wordt regelmatig bezocht door een grote gele kwikstaart. Als je hem goed waarneemt, zoals Victor Westhof dat deed, zie je hem telkens met zijn kopje draaien waarna hij opvliegt om een insect te vangen. Van Westhof staat in brons gegoten langs het keienpad, net na de molen.  Op de sokkel staat in koper gegrift:


hij observeert
hij beschrijft de natuur
in al haar verscheidenheid
telkens weer
hij volgt de natuur

De Terpoorterweg, ligt op de route van de Amstel Goldrace. In het weekeinde na Hemelvaart zoeven en zwoegen wielrenners de Camerig dan ook af en op. De heuvel is een van de zwaarste van de route. Heel Zuid-Limburg is in dat weekeinde gekleurd door een bont peloton van renners. Ook ik heb mijn racefiets meegenomen. Helaas was het in het appartement niet mogelijk om hem fatsoenlijk te stallen. Nu mocht hij in een oudekrantenhok ergens achteraf de niet bereden uurtjes doorbrengen. Het schuurtje kon niet worden afgesloten. De gedachte aan een mogelijke diefstal drong zich tijdens mijn vakantie daarom regelmatig op en werkte zo nu en dan stevig op mijn gemoed. Over mijn fietstochtjes later meer. Eerst naar Maastricht.