woensdag 5 augustus 2020

Groot onderhoud

Een hardnekkige voetblessure weerhoudt mij ervan om vogeltochten langs het Haringvliet te maken. Ik zal het op de fiets dichter bij huis moeten zoeken. Dat daar ook van alles te beleven is, vertelt volgende verhaal.  

Het is vroeg in de ochtend als ik op een ‘vergeten’ weiland mijn kampement maak: een krukje, een telescoop, een rugzak met proviand. Mijn fiets staat verderop tegen een es geparkeerd. Het uitzicht is optimaal. Links van mij liggen akkers, waarop rijp bruin tarwe wacht om gedorst te worden. Voor mij groeit een elzenhaag waarin kleine zoogdieren zich verschuilen. Groepjes ringmussen fladderen dat het een lieve lust is. Rechts van de elzen staat een enorme hoogspanningsmast, waarin het doel van mijn expeditie is gelegen: De boomvalk.

Hoog boven op het uiterste puntje van een traverse beweegt in een oud kraaiennest het kopje van een vrouwtje boomvalk. In ieder geval is zij dus aan het broeden. Nu is het wachten totdat het mannetje met een prooi komt aanvliegen. Dat kan soms uren duren, zeker als er net een prooi is gebracht.

Vanaf de dijk schiet er een grijs silhouet de elzenhaag in. Houtduiven en klein gevogelte vliegen op uit het gebladerte. Ze worden achternagezeten door de boosdoener. Een sperwer. Of die een prooi slaat blijft ongewis, want hij verdwijnt uit het zicht achter de haag.


                    Ook het 'huis' van een boomvalk heeft onderhoud nodig 

Niet lang daarna hoor ik het vrouwtje van de boomvalk roepen. Zij heeft het nest verlaten en trekt baantjes door de lucht. Vanuit een onverwachte hoek komt het mannetje aangevlogen. In zijn poten ligt een prooi geklemd. Deze wordt overgedragen aan het vrouwtje, die er wat van opeet. Het grootse deel is, wat later blijkt, voor haar twee jongen.

Als de rust is weergekeerd en ik ‘verveeld’ om mij heen kijk, is er ineens tumult op de dijk. Drie bestelbusjes komen aangereden. De deuren schuiven open. Mannen stappen uit en proberen het hek dat naar de mast leidt te openen. Een enorme lakenvelder stier, die briest en met zijn hoef over de grond schraapt houdt hen tegen.

Alarm. Dit zijn vast de schilders die al dagenlang de masten aan het opknappen zijn. Broedende vogels zijn in Nederland beschermd volgens de vogelwet. En een schaarse broedvogel zoals de boomvalk, mag in mijn ogen al helemaal niet verstoord worden. Op mijn fiets hobbel en bobbel ik door het weiland naar het hek dat mij van de schilders scheidt. Vandaar zwaai en roep ik naar hen. Niet veel later sta ik een van hen te woord. Hij heeft begrip voor de situatie en na het plegen van een paar telefoontjes, verraadt opwaaiend stof de aftocht van de schilders. De boomvalk is gered.