donderdag 29 november 2012



Als alles naar wens verloopt komt mijn boek ‘Ongewoon Gewoon’ 21 december uit. Mij wachten nu spannende en drukke tijden, want de administratie rondom de uitgave moet nu afgerond worden. Bovendien moet de lay-out zijn definitieve  vorm gaan krijgen. Intensief mail verkeer tussen de uitgever en mij zal hier het gevolg van zijn. Gelukkig is mij persoonlijk support toegewezen van uitgevers kant. Ik probeer u op de hoogte te houden.

Zo nu en dan krijg ik het verzoek om over een onderwerp te schrijven in dicht- dan wel verhaalvorm. Een dergelijk verzoek is natuurlijk een stimulans voor mij. Altijd probeer ik of er in het schijnbaar gewone leven iets bijzonders is te ontdekken. Zo liep ik afgelopen zondag met mijn vrouw door de stille straten van Dordrecht. Ik dwaalde door het gedicht wat  hieronder is geschreven.


Een zondag in Dordt

Grijs is de zondagmorgen.
Een storm fluit langs draden van staal.
Terwijl meeuwen bij elkaar kruipen, loop ik
in gedachten en zie de hemel breken.
Banen van licht drijven door de wind
gedragen naar de slapende stad.

Deze middag ligt zij als laat middeleeuws
donker en kil voor mijn voeten.
Straten en stegen zijn nagenoeg leeg.
Een duif rust uit op het bronzen hoofd
van Stadhouder Johan de Witt.

Aan een grijze blinde museummuur hangt
’De tuin’, door Jan Eijkelboom beschreven.
Bladeren zijn gevallen, de merel zwijgt.

Trapgevels, stille pleinen, miezerregen.
Als in mijn hoofd de blauwbilgorgel zingt,
schrompelstumpel ik naar de spuihaven
Waar ik mijn auto achter liet.

© Tino 2012