zaterdag 26 februari 2011

De Mensch

Een deken van mist lag over het land. Hier en daar was zij zo dik en asgrauw, dat zij vergezeld ging van fijne miezerige regen. Langzaam raakte de stemming bedrukt. Deze zinnen zouden zo in een Hollandsche roman kunnen staan, alleen de man in morsige regenjas ontbreekt nog. Althans dat beeld heeft vriend Peter voor ogen, als hij denkt aan Nederlandse literatuur. De bedoeling was om via de Oostvaarders-plassen naar Kampen te rijden en vandaar naar Heerenveen. Zo maar eventjes twee daagjes er tussenuit. Door de mist werd het Kampen en het voormalige Schokeiland. Pas daarna reden we naar Heerenveen. Na ingecheckt te hebben in ons Hotel reden mijn vrouw en ik ‘s avonds met hongerige magen naar het centrum van het Friese stadje. Daar dwaalde wij rond om uiteindelijk in het oude centrum terecht te komen bij,…  Peter. Nu weet ik dat Peter lekker kan kokkerellen, althans dat is mij gebleken uit zijn verhalen. Wij namen de proef op de som en ik moet beamen dat niets minder waar was. Het eten was heerlijk. Na het uitbuiken maakten we nog een klein avondwandelingetje en doken in ons hotel onder de dekens. Toen ik de volgende ochtend de gordijnen open schoof, was het wederom mistig. We besloten om naar Groningen te gaan, om real live de plekjes van het monopolyspel te ervaren en om een bezoek te brengen aan het Groninger museum. Half in de middag reden we huiswaarts. Na een nacht vol dromen, over het geen we meegemaakt hadden, is de mist opgelost vandaag. Daar staat tegenover dat het gestaag regent, net zoals in de Hollandsche romans van lang geleden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten